Neergang zorgt mogelijk voor afslanking FGA management Europa

Gisteren hield het management van Fiat een vergadering in Turijn dat meer weg had van een crisisberaad. Maar liefst 6000 leidinggevenden kwamen bijeen of luisterden mee via een verbinding en kregen van de CEO in zwarte trui te horen dat men moet volhouden en dat niemand aan z’n lot zal worden overgelaten. Lingotto probeerde aan z’n gevolg helderheid te geven in deze periode van talloze speculaties. Het management kon jammer genoeg niet alle zorgen wegnemen; Het blijft voorlopig namelijk nog een tijd van grote onzekerheid als het gaat om het organiseren van de productie en het hele bedrijf eromheen. Niet alleen in Italië maar in heel Europa. In oktober zal Fiat een reorganisatieplan presenteren waaruit volgens sommigen echter nog niet zal blijken wat er met het voorlopige productieplan (en dus de fabrieken) zal gebeuren. Wel is al wel duidelijk dat van de 550 besturende functies, 110 (gelijk aan 20%) zullen worden geschrapt binnen Fiat Group Automobiles Europe.

Marchionne sprak richting het management ook over zijn eigen rol van reizende CEO; “Jullie waren altijd gewend aan aanwezige leiding en plots was er de ene week sprake van en een andere week niet, omdat ik 7000 kilometer verderop zat. Enkelen van jullie hebben daarover vragen gesteld en onder elkaar de nodige twijfel geuit… Maar deze afwezigheid en al die vluchten over de Atlantische Oceaan, waren een noodzakelijk kwaad als onderdeel van een cruciale alliantie dat steeds meer vorm heeft gekregen. Onze toekomst is hierdoor nu verzekerd.” 

De markt blijft voorlopig teruglopen en daarom drukte Sergio Marchionne de directie ook op het hart, dat daarom de organisatie en werkwijze moet worden herzien. Europa is voor Fiat al lang niet meer de belangrijkste markt aldus de CEO en dat vraagt om vergaande aanpassingen. De mogelijkheden voor Fiat in de EU zijn te klein geworden om nog langer een basis te vormen voor de Italiaanse autobouwer. Italiaanse productiecapaciteit moet nu vooral ook worden ingericht voor export buiten Europa. Alleen dan is er een kans op een stabiele en rendabele industrie met een solide baangarantie.

De CEO waarschuwde voor wat hij aanvallen van buitenaf noemt; “Laat je daardoor niet niet uit het veld slaan. Ik heb me ook vaak afgevraagd waarom ik nog door zou gaan met deze moeizame inspanningen, in een land waar weinig waardering heerst. Men hoopt op een wonder uit het buitenland en zet ons weg als incompetente uitbuiters. Maar ik realiseer me maar al te goed, dat dit een luidruchtige minderheid is, dat niet de gezonde instelling in dit land vertegenwoordigd. Wij horen daarentegen juist wel tot die vooruitstrevende positieve categorie. Wij zijn het voorbeeld van een grote onderneming dat niet aan opgeven doet. We vertegenwoordigen dat deel van het land dat de mouwen opstroopt en de uitdaging volop aangaat. We mogen nu niet opgeven.”