Alfa Romeo Junior Ibrida: Compacte klasse
Ogenschijnlijk een van de vele.
We kiezen in onze eerste ontmoeting met de hybride Alfa Romeo Junior voor een bescheiden en onopvallende titel. In het overvolle universum van kleinere SUV’s lijkt de Junior Ibrida immers gewoon een zoveelste aanvulling in de compacte klasse. Maar schijn bedriegt. De Junior is wat ons betreft een klasse apart binnen een segment waar veel te kiezen valt. Alleen al in de wereld die Stellantis heet. We mochten met de Junior dit keer afzakken tot net onder de Alpen. Aan het prachtige altijd in groen gehulde Lago Maggiore met de witte Zwitserse bergtoppen als ultieme bekroning van dit oogstrelende decor. Op de grens tussen de regio Lombardije en Piemonte is het goed toeven als altijd. De prachtige vegetatie, de sereniteit van het grote meer buiten het hoogseizoen, frisse bergrivieren en spectaculaire rotsen verderop in de vallei en middeleeuwse kerkklokken die kalmpjes hun uren beieren. Kortom een fijne vakantieplek met vele mooie vergezichten. We logeerden aan de rand van Cannobio (Valle Cannobina) een stukje richting Traffiume bij het zeer gastvrije Appartamenti Ferrari Residence. En onze comfortabele metgezel was zoals gezegd de hybride variant van de nieuwe Alfa Romeo Junior in Speciale uitvoering.

Alfa Romeo nieuwe stijl.
De Junior is ook in Italië nog een redelijke zeldzaamheid als we de grens over trekken. We kwamen er twee tegen tijdens ons verblijf in het grensdorp. We hadden een opmerkelijk comfortabele reis achter de rug waarbij tanken nauwelijks aan de orde was. De vorige keer dat we dit traject reden, deden we dat in een Stelvio Veloce. Onze vraag was dan ook of dit een schril contrast zou worden met een stuk minder comfort. Maar de Junior Ibrida met 136 pk blijkt een fijne rijdersauto die zich op prettige wijze door bochten laat sturen, een goede demping heeft ook op minder mooie wegen en vlot accelereert en schakelt. Kortom hoogwaardige kenmerken in een toch behoorlijk compact jasje. De vormgeving is onderdeel van Alfa Romeo’s nieuwe stijl, min of meer ingezet vanaf de gelimiteerde 33 Stradale. Terwijl we met de Junior Ibrida Speciale op pad waren, kregen we een pushbericht over de uitgelekte patenttekeningen van de nieuwe Stelvio. Meteen is duidelijk dat Alfa Romeo deze lijnvoering ook in het hogere segment voortzet. Puur op de Junior afgaande moeten we zeggen dat we erg goed kunnen wennen aan het design. Het is in veel opzichten een geheel eigen stijl. Aan de voorzijde spreekt de uitgesproken grille ons aan. Tijdens onze test van de EV Speciale concludeerden we reeds dat het de compacte auto veel smoel en robuustheid geeft. Een paar lijnen minder op dit front dan nu het geval is, was wellicht beter geweest en meer Italiaans qua stijl. De flanken bevatten mooie welvingen en zijn vooral ter hoogte van de C-stijl sterk en geraffineerd van karakter. De meer cleane achterzijde met mooi letterlogo en doorlopende lichtunit, vinden we een schot in de roos. Een moderne Sud is wat we hier in zien. Dat komt met name door naar buiten schuin aflopende hoeken en de verder erg recht aflopende achterklep. Het rode lijntje boven de dubbele einddemper versterkt het Alfa-gevoel des te meer.

Mooie verguisde krachtbron.
Vraag een willekeurige Alfist wat er zogenaamd niet deugt aan de Junior Ibrida en men zegt direct de Franse 1.2 Puretech motor. Alfa Romeo onwaardig. Uiteraard heeft de problemen die eerdere varianten van dit blok met zich meebrachten, in schril contrast tot de betrouwbare reputatie van de Italiaanse motoren, hier stevig aan bijgedragen. Inmiddels zit er garantie op de voor 70% aangepaste jongste versie van het motorblok. Wat we eigenlijk net als op de hybride 110 pk Ypsilon hebben ervaren, is naast de zuinigheid de souplesse wat opvalt. Bij de Junior hebben ze dankzij een mooie einddemper zelfs het geluid wat lager gekregen. De driepitter klinkt daardoor zeer volwassen en zelfs wat sportief. Gecombineerd met de e-DCT transmissie was de Junior Ibrida ook op de ‘autobahn’ een goed presterende hatchback voor het hele gezin (0-100 in een kleine 9 seconden).
Een klasse apart dankzij de vele kwaliteiten.
De isolatie in de Junior is van een hoog niveau en droeg bij aan het comfortabele gevoel. De dit jaar gepresenteerde Q4 met 10 pk meer zal naar verwachting minstens zo fijn zijn met extra ondersteuning op de achterwielen, al zullen de verschillen niet zo groot zijn. Met een verbruik van circa 1 op 20 was het bovendien een feest der autonomie. Daar kan de EV duidelijk niet tegenop. We konden ons rit na rit gewoon focussen op de volgende bestemming zonder verder over een tankbeurt na te hoeven denken. De Junior Speciale is in meerder opzichten onze favoriete Junior. Optisch en in gebruik. Zwart staat de Junior ook goed al vinden we dat Competizione rood (In dit geval heet het officieel Rosso Brera) het meest aantrekkelijk oogt. Onze testwagen had geen zwart dak, maar die optie heeft wel onze voorkeur. De Junior heeft een praktisch en mooi afgewerkt interieur. De rijke uitrusting van de Speciale is een fantastische meerwaarde waar je graag voor doorspaart tot het startbedrag van €36.850. Het geeft de fijne Junior echt een premiumgevoel. Een klasse auto.
Waarom zulke lelijke velgen terwijl de Veloce velgen zo mooi zijn. Zo jammer dat ze niet als optie verkrijgbaar zijn.
Iets meer keus in velgen is inderdaad welkom. Een 18” of 19” variant van de Veloce-velg moet toch kunnen. Ook op interieur gebied wellicht wat meer keus in kleur gewenst. Het is wel heel zwart allemaal. De keuze uit relatief beperkte interieuropties kwam voort uit besparen van kosten (hoofdthema in de Automotive industrie) Naar verluidt komen er wel degelijk aanvullende keuzes in interieur samenstelling en kleuren. Maar dat zal wel voor MJ 2026 bestemd zijn. Mooi beige of rood leer (eco of vega is dat natuurlijk tegenwoordig)
De Veloce-velgen van de Tonale zijn wel mooi. Toch nog iets positiefs over de Tonale. Die velg had Alfa prima kunnen kopiëren voor de Junior.
De neus had van mij wat scherper en strakker gemogen. Verder een zeer geslaagde auto. Doet me een beetje denken aan de Alfa Romeo 33. Ruimer en praktischer dan je verwacht van een kleine Alfa. Mooi interieur ook, zeker in vergelijking tot bv concurrent als de Volvo EX30.